1. De aanmaning

De aanmaning van een advocaat of een gerechtsdeurwaarder is een buitengerechtelijke actie die los staat van de eigenlijke rechtspleging.

Als het recente schuldvorderingen zijn, is de kans aanzienlijk dat met een aanmaning de zaak geregeld kan worden zonder gerechtelijke procedure.

Verder heeft de aanmaning nut om:

  • eventueel afkortingen toe te staan,
  • het adres van de debiteur te verifiëren,
  • de gegrondheid van de vordering en het gemis aan protest ten gronde te toetsen.

2. De dagvaarding

De dagvaarding is de authentieke akte van de gerechtsdeurwaarder waarbij één of meerdere partijen worden opgeroepen om te verschijnen voor een rechtbank. De gerechtsdeurwaarder waar de betekening van de dagvaarding moet plaatsvinden is bevoegd.

Het exploot van dagvaarding vermeldt op straffe van nietigheid:

  • de naam, voornaam, woonplaats en het beroep of het Handelsregister van de eiser
  • de naam, voornaam en woonplaats of verblijfplaats van de verweerder
  • het voorwerp en een korte samenvatting van de middelen van de vordering
  • de rechter voor wie aanhangig wordt gemaakt
  • de plaats, dag en uur van de rechtszitting.
Tussen de datum waarop de dagvaarding wordt betekend en de zittingsdag van de rechtbank moet een minimale wachttermijn liggen van 8 vrije dagen.


3. De vrijwillige verschijning

Tussen de datum waarop de dagvaarding wordt betekend en de zittingsdag van de rechtbank moet een minimale wachttermijn liggen van 8 vrije dagen.

Partijen kunnen spontaan en vrijwillig een verzoek richten tot de griffie om hun geschil aan de rechter voor te leggen in de vorm van een Proces-verbaal.
Voordeel is de lage kostprijs, aangezien er geen gerechtsdeurwaarderexploot van dagvaarding moet worden betekend.


4. Het éénzijdig verzoekschrift

Het éénzijdig verzoekschrift wordt gebruikt om een vordering te richten tot een bepaalde rechter. De tegenpartij wordt niet op de hoogte gebracht van deze vordering, tenminste niet vanaf het eerste stadium van de behandeling van de zaak.

De rechter kan de partijen oproepen om bijkomende uitleg te geven. Hij vraagt de griffier om de partijen op te roepen met een gerechtsbrief.

De beschikking wordt gegeven in raadkamer en binnen drie dagen na uitspraak meegedeeld aan de verzoeker.


5. Het tegensprekelijk verzoekschrift

De dagvaarding wordt aanzien als dé inleidende actie bij uitstek. Het tegensprekelijk verzoekschrift is slechts toegelaten als de wet dat uitdrukkelijk toestaat.

Het tegensprekelijk verzoekschrift wordt verzonden aan de griffie bij aangetekend schrijven of ter griffie neergelegd.

De griffier roept de partijen bij gerechtsbrief op om te verschijnen op de zitting die de rechter bepaalt. De minimumtermijn bedraagt acht dagen.


6. Het verzoekschrift Summiere Rechtspleging

De Procedure van Summiere Rechtspleging (SRP) is een bijzondere procedure die buiten het systeem van inleiding en behandeling van klassieke Procedures valt.

De SRP is slechts mogelijk als de volgende voorwaarden zijn vervuld:

  • Het voorwerp van de vordering is de betaling van een geldsom van maximaal 1.859,20 EUR (75.000 BEF.) De vordering behoort dus tot de bevoegdheid van de Vrederechter.
  • De vordering wordt gestaafd door een schriftelijk document van de schuldenaar, maar dat moet geen erkenning van schuld zijn.
  • De schuldenaar moet in België wonen of verblijven.

Het is een volledig schriftelijke procedure die kosten en tijd bespaart.
Er is geen gerechtsdeurwaarder bij betrokken en de advocaat verschijnt niet ter zitting. Een aangetekende brief met ontvangstbewijs vervangt de dagvaarding. De geadresseerde kan de aangetekende brief aanvaarden, maar het is ook mogelijk dat hij die weigert, niet in ontvangst neemt of niet afhaalt.

In het eerste geval wordt enkel het ontvangstbewijs teruggezonden naar de afzender, in het tweede geval de originele aangetekende brief. De handtekening op het ontvangstbewijs moet overeenstemmen met de handtekening van het schriftelijk document waarop de vordering gebaseerd is.